‘Schoenmaker blijf bij je leest’, is de uitdrukking. Maar iedereen die schoenen wil maken, komt voor een grote uitdaging te staan. Het vak is niet alleen lastig omdat je 3D moet ontwerpen, maar ook omdat er veel woorden gebruikt worden die we in de normale Nederlandse taal niet gewend zijn. Daarom zet Schoenvisie een aantal interessante woorden op een rijtje:

Bombato

Bombato betekent plat uit het Italiaans vertaald ‘koepelvormig’. Het woord heeft betrekking op de zool van een schoen. Op het punt waar de upper aan de zool vast zit, loopt de zool direct afgerond naar onderen waardoor er geen rand te zien is. Dit zorgt vaak voor een chique afwerking.

Cambreren

Cambreren is een doodnormaal Nederlands woord voor ‘rondbuigen’. In de schoenenindustrie wordt hiermee het buigen van leer bedoeld. Meestal gebeurt dit als een schoen uit één deel materiaal is gemaakt (dus niet uit meerdere stukken die aan elkaar gestikt zijn). Dit materiaal wordt in de juiste vorm gebogen door het strak over de leest heen te trekken.

Schacht

De schacht is het bovenste gedeelte van een laars, vanaf de bovenkant van de hak tot aan de bovenkant van de laars. De schachthoogte is altijd gemeten aan de achterzijde van de laars vanaf de bovenkant van de hak tot aan de bovenkant van de laars.

Upper

De upper is het gehele bovenste gedeelte van een schoen. Het moet goed rondom de voet passen om het te beschermen en voldoende ondersteuning te bieden.

Vachetta

Vachetta is onbewerkt Italiaans leer zat zich kenmerkt door zijn zachte en soepele karakter.

Welt

De welt is een strook leer dat gebruikt wordt om de loopzool, de binnenzool en het bovenwerk aan elkaar te naaien. De rand kan buitenom de zool gevormd worden om de schoen een extra touch te geven.