Textilia sprak met de twee oprichters van Pig&Hen, Dominic Bakker en Rutger Versluis. 

Hoe is Pig&Hen ontstaan? 

Rutger: ‘Ik zit al langer in de mode, zo heb ik voor onder meer Lee gewerkt en ben ik momenteel ook agent voor Matinique. En Dominic werkte als professioneel zeiler met de lijnen die we nu gebruiken. Hij maakte hier banden van en gaf die toen aan mij. Ik kreeg hier veel goede reacties en merkte dat er interesse was in het product. Zodoende hebben een compacte collectie uitgebracht en zijn we gaan werken aan een naam, platform en logo.” 

En hoe is het balletje gaan rollen? 

Rutger: “We zijn vrij vroeg, toen we eigenlijk nog maar heel weinig hadden neergezet, veel lawaai gaan maken op social media. Daar kwam al snel een reactie vanuit de Modefabriek: of we wilden deelnemen aan de beurs. Vanaf toen is het snel gegaan. Na deze eerste keer Modefabriek – in januari 2014 –  hadden we al een dertigtal klanten.” 

Hoeveel verkooppunten hebben jullie op dit moment?

Rutger: “In Nederland zitten we momenteel op ongeveer 170 verkooppunten.” 

Dominic: “Daarnaast hebben we een klant of veertig in België en een klant of dertig in Frankrijk. Ook hebben we een distributeur in Noorwegen, die het heel goed doet. Verder hebben we sinds kort verkooppunten in Duitsland, Canada en Australië. 

Hoe verklaren jullie dit succes? 

Dominic: “Ik denk dat het een combinatie van factoren is. Er is niet zo veel voor mannen op het gebied van armbanden, althans niet iets dat echt cool is. Daarnaast spreekt het platform dat we om Pig&Hen heen hebben opgebouwd veel mensen aan. En dan is er natuurlijk ook het zakelijke aspect: je klant goed kunnen leveren, een hoge kwaliteit van de armbanden, administratief klopt het; allemaal dingen die eraan bijdragen.” 

Rutger: “We proberen aan ieder punt binnen de organisatie veel zorg te besteden – van het product tot de distributie en service naar de klanten toe. Ook doen we qua marketing enorm veel. Zo leveren we print lookbooks aan winkels en zijn we bezig met een film. We vinden het belangrijk dat elk aspect van hoge kwaliteit is. Om dit te bereiken hebben we een groot team – met vooral freelancers – om ons heen opgebouwd, met ieder zijn eigen specialiteit en talent. Als je alles goed wilt doen, kun je niet alles zelf doen.”

Foto: Milan Goldbach

Hoe onderscheiden jullie je van andere sieradenlabels voor mannen?

Rutger: “Er zijn weinig mannenaccessoirelabels met een eigen identiteit. Dat is ook de reden dat we Pig&Hen zijn begonnen; we hadden er zelf behoefte aan, omdat we veel van de armbanden voor mannen te vrouwelijk of ordinair vonden. Onze producten hebben een wat ruiger gevoel. Daarnaast zijn we veel meer actief in de modewereld dat in de sieradenbranche. We komen zelf uit de mode, dus dat zit echt in ons.” 

Dominic: “En al onze producten worden met de hand gemaakt in ons atelier in Amsterdam-Noord. Daar zijn dagelijks zeven man aan het werk – naast de sociale werkplaats die er ook is – en bezig met het maken van armbanden.

Is het in deze tijd makkelijker om een accessoirelabel te runnen in plaats van een kledinglabel? 

Rutger: “Ik weet niet of het makkelijker of moeilijker is, maar in onze beginperiode merkten we wel dat retailers het moeilijk hadden. En met sieraden konden ze, met een relatief lage inleg, toch meedoen. Een kledinglabel heeft te maken met grotere volumes en dan is de drempel om in te stappen natuurlijk ook groter.”  

Dominic: “Wat wij doen is heel compact en begrijpelijk. Zowel qua product als qua beleving en communicatie.”  

Zijn social media nog steeds zo belangrijk voor jullie?

Dominic: “Jazeker. Het is bijna dagelijks het onderwerp van gesprek. Wij praten via Instagram en Facebook met onze volgers en fans, houden ze warm en enthousiast over ons merk. Dat vinden we erg belangrijk.” 

Zijn er nog plannen voor andere sieraden? 

Dominic: “Nee, voorlopig willen we ons blijven concentreren op dat doen we nu doen en dat verder uitbouwen en ontwikkelen. Met als doel het uitbreiden van Pig&Hen op wereldwijd niveau.”