Beeld: Raoul Ortega via Unsplash

De Italiaanse schoenensector zet zijn herstel na de pandemie voort. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van Assocalzaturifici, de vereniging van Italiaanse schoenfabrikanten. De bedrijfstak noteert dubbele cijfers in de eerste negen maanden van 2022, vergeleken met dezelfde periode van het voorgaande jaar. De branche toont een stijging in omzet (+13,9%) en export (+23,7 in waarde en +11,7% in volume). Daarmee wordt het pre-coronaniveau zelfs overschreden, met uitzondering van schoenen met leren bovenwerk. Daarvan werd 11 procent minder verkocht in vergelijking met 2019. De Italiaanse schoenen werden vooral vaker geëxporteerd naar Frankrijk en Duitsland (+25%), Noord-Amerika (+62%) en het Midden-Oosten (+58,5%).

De internationale verkoop piekte met een exportwaarde van 9,35 miljard euro, 23,7 procent meer dan in de eerste negen maanden van 2021. Het gaat om een totaal van 165,2 miljoen paar schoenen (+11,7%). Dit is geen record qua hoeveelheid, maar wel het beste resultaat sinds 2017. De gemiddelde prijs per paar steeg naar 56,60 euro (+10,7%).

Marges onder druk

De goede cijfers betekenen niet direct dat de Italiaanse schoenenindustrie de toekomst zonnig en zorgeloos inziet. “De marges staan onder druk”, stelt Giovanna Ceolini, waarnemend voorzitter van Assocalzaturifici. “Dit komt door een sterke stijging van de kosten, de prijzen van grondstoffen en de ongekende stijging van de energiekosten.”

Bovendien zijn de goede cijfers niet voor alle ondernemingen weggelegd. Veertig procent van de bedrijven heeft nog altijd een omzet die lager ligt dan voor de coronacrisis het geval was. Bovendien sloten het afgelopen jaar 180 fabrikanten de deuren. Al met al is Ceolini ongerust over wat de toekomst zal brengen. “Onzekerheid domineert de kortetermijnverwachtingen. Na de lange periode waarin we geraakt werden door de pandemie, zijn het nu inflatie, hoge rekeningen en geopolitieke onrust die het vertrouwen ondermijnen en de vraag naar goederen inperken.”