Het gaat hier duidelijk om een primitieve versie van de espadrille zoals we die nu kennen, maar de overeenkomsten zijn niet te ontkennen. De espadrille is een zomerse schoen die eerder geassocieerd wordt met Frankrijk en stokbrood dan met Spanje en Catalonië. Maar de oorsprong van de instapper ligt toch echt in Spanje.

De geschiedenis van de espadrille

De espadrille werd al in de 13^e eeuw gedragen door de militairen van de koning van Aragon. De naam komt oorspronkelijk van het Spaanse woord ‘esparto’, een plantensoort die werd gebrand om vervolgens te vlechten als basis voor de schoenzolen.

Aan het einde van de 19^e eeuw droegen  mijnwerkers de schoenen voornamelijk. In die tijd werden ze voor het eerst geëxporteerd naar Zuid-Amerika. Iedere regio kende z’n eigen versie van de schoen. Zo waren de schoenen in de regio Emporada wit met een vijfkleurige band die over de wreef liep. De effen witte variant was het populairst en werd onder andere gedragen door Catalaanse dansers.

De espadrille van Yves Saint Laurent

In de 20^e eeuw gaf Yves Saint Laurent een hele nieuwe draai aan de schoen door een versie met hak te ontwerpen. Dit was nog nooit eerder gedaan en de nieuwe variant werd immens populair. Ook voor andere ontwerpers, waaronder Chanel, was dit een startschot om met de schoen aan de haal te gaan.

Populaire zomerschoen

Nog steeds wordt de schoen gedragen – met of zonder hak, in allerlei verschillende kleuren. Voornamelijk in Spanje en Frankrijk in de zomer is de schoen niet weg te denken uit het straatbeeld. De populariteit heeft onder andere te maken met het feit dat de schoen (vaak) wordt gemaakt van natuurlijke materialen die lekker luchtig zijn en zich gaan vormen naar de voeten. Ook tijdens de Nederlandse zomer komt de espadrille jaar in jaar uit terug. Met recht een iconische schoen te noemen.