TOP

‘Geen onbehoorlijk bestuur bij Slem’

Bij het faillissement van Slem is er geen sprake geweest van onbehoorlijk bestuur of onrechtmatig handelen, zo blijkt uit het eindverslag van curator Hans Alberts.

Het faillissement van Slem heeft de gemeente Waalwijk veel geld gekost, maar het voormalige stichtingsbestuur kan daarvoor niet verantwoordelijk worden gesteld. Dat schrijft het Brabants Dagblad. Na deze bevindingen van curator  Hans Alberts vinden D66, SGP en de PvdA dat de burgemeester en wethouders excuses moeten aanbieden. Volgens de drie partijen zijn de oud-bestuursleden ten onrechte in kwaad daglicht gesteld.

Oorzaak

De curator deed onderzoek naar de oorzaak van het faillissement. Volgens hem was de stichting niet meer levensvatbaar, omdat ze niet of te weinig subsidies meer kreeg. ,,Met name de gemeente Waalwijk en de stichting hadden verschillende visies op de taken en de rol van de stichting,”  concludeert hij.

Hoe zat het ook alweer?

De Brabantse regio de Langstraat en de stad Waalwijk zijn al lange tijd onlosmakelijk verbonden met de Nederlandse leder- en schoenenindustrie. Hoewel de productie tegenwoordig grotendeels is verdwenen, vindt 25 procent van de Nederlandse activiteiten in de leder- en schoenenindstrie nog steeds plaats in Waalwijk.

De gemeente Waalwijk wilde al vanaf de eeuwwisseling een nieuw schoenenmuseum. Stichting Slem kreeg de verantwoordelijkheid en in januari 2017 ging het oude museum op slot. Het museum zou zijn deuren weer openen zodra de verhuizing naar het Raadhuisplein in het centrum van Waalwijk rond was.

Op de planning stond dat het nieuwe schoenenmuseum rond de jaarwisseling van 2018 naar 2019 zou openen. Zo ver kwam het niet, op 25 juli 2017 werden Slem Totaal en Slem Educatie failliet verklaard, waardoor ook de plannen voor het museum stil kwamen te liggen.